T03660

Toezegging Afschrift brief representativiteitstoets WAMCA (35.334 / 33.576)



De minister voor Rechtsbescherming zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Schalk (SGP), toe dat hij een afschrift van de brief, aangaande het representativiteitsvereiste in de WAMCA, aan de Kamer zal toesturen. In de brief wordt ook gereflecteerd op dat belangenorganisaties nu een makkelijkere ingang bij het bestuursrecht hebben dan burgers.


Kerngegevens

Nummer T03660
Status deels voldaan
Datum toezegging 18 april 2023
Deadline 1 januari 2026
Voormalige Verantwoordelijke(n) Minister voor Rechtsbescherming
Huidige Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris Rechtsbescherming
Kamerleden P. Schalk (SGP)
Commissie commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV)
Soort activiteit Mondeling overleg
Categorie brief/nota
Onderwerpen rechters
representativiteit
Wet afwikkeling massaschade in collectieve actie
Kamerstukken Problematiek rondom stikstof en PFAS (35.334)
Natuurbeleid (33.576)


Uit de stukken

Kamerstukken I 2022/23, 35 334, BF en 33 576 – blz. 12.

De heer Schalk (SGP):

“Dank u wel, voorzitter. Ik wil even inzoomen op de rechtsbescherming en de rechtsstatelijkheid, en dan met name op de zorgen rondom rechtsbescherming en rechtszekerheid. Daar had minister Weerwind het ook over. Daar zit natuurlijk wel spanning op. Belanghebbenden zijn in eerste instantie burgers, maar steeds vaker zijn er ook allerlei belangenbehartigers, -groepen en -clubs. Maar hoe staat het dan met de toegang tot het recht? Moeten de vereisten voor belangenorganisaties dan niet hetzelfde zijn als voor burgers? Hoe staat het met de representativiteit van die belangenorganisaties en bij het bestuursrecht met de belanghebbendheid? Ik begrijp dat minister Weerwind het recht op toegang tot de rechter niet wil inperken, maar hoe ziet hij dan deze ongelijkheid? In het bestuursrecht hebben belangenorganisaties immers een makkelijkere ingang dan burgers. Kortom, hoe staat het met die rechtsgelijkheid/rechtsongelijkheid? Dank u wel.”

Kamerstukken I 2022/23, 35 334, BF en 33 576 – blz. 21.

Minister Weerwind:

(…)

“Dan is mij een vraag gesteld door de heer Schalk over een stuk representativiteit. Ik heb recentelijk een motie behandeld in de Kamer. Ik denk dat ik de brief gister heb beantwoord. Daarbij heb ik aangegeven hoe belangrijk ik de representativiteitstoets in de WAMCA vind. Ik zal de afkorting even voluit uitspreken: de Wet afwikkeling massaschade in collectieve actie. Die is in 2020 in beide Kamers gewijzigd en aangenomen. Een van de punten daarin is het representativiteitsvereiste. Sommigen denken dat het te streng is als de rechter dat doet; anderen vinden het juist te ruim. Gelet op die discussie heb ik aangegeven dat ik met name dit punt meeneem in de evaluatie van de wet in 2025. Daarover heb ik al een brief naar de Tweede Kamer gestuurd. Als daar geen bezwaar tegen bestaat -- ik kan dat niet bedenken -- zou ik daarvan graag een afschrift aan de Eerste Kamer willen doen toekomen.”

De heer Schalk (SGP):

“Heel graag. Dat zie ik graag tegemoet.”

Kamerstukken I 2022/23, 35 334, BF en 33 576 – blz. 22.

De heer Schalk (SGP):

“Dank voor de toezegging van minister Weerwind. Ik heb nog één vervolgvraag daarbij. Als ik hem goed begrijp, zegt hij: dat neem ik mee in de evaluatie in 2025. Maar het lijkt erop dat belangenorganisaties in de tussentijd een makkelijkere ingang bij het bestuursrecht hebben dan burgers. Kan de minister daar nog op reflecteren, of kan hij dat meenemen in die andere brief die hij ons gaat toesturen?”

Kamerstukken I 2022/23, 35 334, BF en 33 576 – blz. 22-23.

Minister Weerwind:

“Ik zit ermee te worstelen of ik daar nu op zal reflecteren of dat ik het zal meenemen in de brief. In de brief ben ik er al op ingegaan. Dan krijgt u het antwoord ook; daar ga ik het duiden. Ik heb niet de indruk dat daar een groot verschil in zit, maar in de brief ga ik dat nog scherper formuleren.”

De heer Schalk (SGP):

“Dank u wel.”


Brondocumenten


Historie