Plenair Van Bijsterveld bij behandeling Wet gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden



Verslag van de vergadering van 11 juni 2024 (2023/2024 nr. 35)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 15.33 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Van Bijsterveld i (JA21):

Dank u wel, voorzitter. Eind mei van dit jaar meldde het CBS dat in 2021 binnen de Nederlandse grenzen 17 miljard werd verdiend met illegale activiteiten. Illegale activiteiten droegen in 2021 4,5 miljard bij aan de Nederlandse economie. Nederland is niet langer op weg een narcostaat te worden, Nederland ís een narcostaat. Dat illustreert het CBS ook. Het grootste deel van de illegale activiteiten binnen de landsgrenzen was de handel in cocaïne, waarmee 10,7 miljard werd verdiend. Niet alleen de omvang van de drugshandel, en niet te vergeten ook de mensenhandel, geeft te denken. Ook de manier waarop de samenleving wordt geraakt, zou een punt van zorg moeten zijn. We moeten onze rechtsstaat beschermen. Inmiddels zijn wij een doodgeschoten advocaat, een doodgeschoten misdaadverslaggever en een aanslag op De Telegraaf verder. Voorts worden noodgedwongen tal van hooggeplaatste personen beveiligd. We weten dat de georganiseerde misdaad nietsontziend is.

Vandaag bespreken wij een wetsvoorstel dat van groot belang is voor de veiligheid en het welzijn van onze samenleving. Dit wetsvoorstel biedt een wettelijke basis voor de verwerking van gegevens door samenwerkingsverbanden tussen verschillende overheidsinstanties en in sommige gevallen private partijen. Het doel is duidelijk: het efficiënter en effectief bestrijden van criminaliteit en fraude. En niet alleen het doel is duidelijk. Zoals helder mag zijn: deze wetgeving is ook hoogstnoodzakelijk.

Er is uiteraard kritiek op het wetsvoorstel, vooral op het gebied van privacy en de bescherming van persoonsgegevens. Dit is een serieuze zaak, en het is terecht dat hier veel aandacht aan wordt besteed. Het wetsvoorstel bevat echter tal van waarborgen om de privacy van burgers te beschermen. Zo zijn de voorwaarden en waarborgen voor gegevensverwerking in het wetsvoorstel duidelijk vastgelegd. Alleen wanneer er duidelijke en objectieve aanwijzingen zijn voor risico's in verband met het doel van het samenwerkingsverband mogen gegevens gedeeld worden. Bovendien zijn er onder meer rechtmatigheidsadviescommissies die toezien op de naleving van de privacyregels en wordt er gewerkt met functionarissen voor gegevensbescherming binnen de samenwerkingsverbanden.

Daarnaast is in het wetsvoorstel opgenomen dat elke verwerking van persoonsgegevens zorgvuldig moet worden afgewogen en dat deze noodzakelijk is voor het doel van het samenwerkingsverband. Dit voorkomt willekeurige en ongeoorloofde gegevensverwerking. Het is waar dat de Autoriteit Persoonsgegevens kritisch is. En nu nemen wij de adviezen van de AP serieus. Maar wij werpen hiertegen drie bezwaren op.

In de eerste plaats vinden wij de situatie in Nederland zo ernstig dat wij een afweging maken in het voordeel van de veiligheid. De eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer is ook geen absoluut recht. Er kunnen bij of krachtens wet beperkingen aan worden gesteld, onder meer in het belang van de nationale veiligheid en het voorkomen van wanordelijkheden en strafbare feiten. In de tweede plaats bevat het wetsvoorstel specifieke maatregelen om de privacy van burgers te beschermen en voldoet de WGS — ik weet niet of ik alle afkortingen mag gebruiken, maar anders is het zo'n mondvol — in samenhang met het Besluit gegevensverwerking door samenwerkingsverbanden aan de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit. In de derde plaats vrezen wij dat de Autoriteit Persoonsgegevens pas tevreden is als dit wetsvoorstel een tandeloos instrument is geworden, terwijl de Raad van State stelt dat de overheid ernstige en ondermijnende criminaliteit moet voorkomen, opsporen en bestrijden en dat bestuursorganen die gegevens hebben over zulke criminaliteit, die gegevens daartoe moeten kunnen uitwisselen met elkaar maar ook met private partijen, zodat zij effectief kunnen optreden.

Nut en noodzaak van de WGS worden door de Raad van State wél onderschreven. Cruciaal is echter wel dat de wetgever moet kunnen vertrouwen op een kwalitatief goede uitvoeringspraktijk. Daarin moeten noodzakelijke nadere afwegingen op een zodanige evenwichtige en controleerbare manier plaatsvinden, dat een rechtmatige uitvoering van het gegevensbeschermingsrecht is gewaarborgd. In dat kader heb ik een vraag aan de minister. Hoe garandeert de minister dat het samenwerkingsverband voordat het overgaat tot geautomatiseerde gegevensverwerking met het oog op de uitvoerbaarheid zekerstelt dat het daadwerkelijk in staat is de vereiste zorgvuldigheid te betrachten? In vervolg op deze vraag: er zou een uitvoeringstoets worden uitgevoerd ten tijde van de consultatiefase van het zogeheten BGS. Wat waren daarvan de uitkomsten?

Een deelnemer mag uitsluitend een signaal, een verzoek of een casus aanmelden bij het samenwerkingsverband na de feitelijke juistheid en kwaliteit van de daarbij te verstrekken gegevens te hebben getoetst, voor zover dat mogelijk is. De deelnemers beoordelen of een signaal, verzoek of casus in overeenstemming is met het doel van het samenwerkingsverband. Na de verstrekking van de resultaten uit het samenwerkingsverband vindt opnieuw een toets plaats op feitelijke juistheid en kwaliteit. Kan de minister vanuit de uitvoeringstoets aangeven hoelang deze procedures van toetsing ongeveer duren en of deze effectief en daarmee slagvaardig zijn?

In artikel 1.9, lid 3 van de WGS dient een samenwerkingsverband, indien het een geautomatiseerde gegevensanalyse verricht, het publiek op toegankelijke wijze uitleg te geven over de gehanteerde patronen en indicatoren of andere logica. Kan de minister een voorbeeld geven hoe deze informatie aan het publiek wordt uitgelegd?

Tot slot. Zou de minister enkele concrete voordelen en/of voorbeelden van dit wetsvoorstel kunnen uitlichten? Naar onze smaak blijft ook de toelichting van dit wetsvoorstel vrij technisch. Hoe gaat deze WGS, in samenhang met het BGS, daadwerkelijk bijdragen aan onze nationale veiligheid en het beschermen van onze rechtsstaat?

Voorzitter. Laten we niet vergeten dat de veiligheid en het welzijn van onze burgers voorop moeten staan. Met deze wet, die inmiddels vanaf eind 2020 zeer uitvoerig is behandeld, ook in deze Kamer, geven we onze handhavings- en hulpverleningsinstanties eindelijk de langverwachte tools die zij nodig hebben om hun werk goed te doen. Gezien de omvang van de georganiseerde misdaad in Nederland is privacy een luxe die we ons niet ongebreideld kunnen veroorloven. Mijn fractie zal dan ook voor dit wetsvoorstel stemmen.

Voorzitter, dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Van Bijsterveld. Dan is nu het woord aan de heer Talsma van de fractie van de ChristenUnie.