Dinsdag 11 november 2025, commissie Justitie en Veiligheid (J&V)

Beslispunt

Welke fracties wensen vandaag inbreng voor het tweede verslag te leveren?

Toelichting

• - 

  De Tweede Kamer heeft het wetsvoorstel op 10 juni 2025 met algemene stemmen aangenomen.
• - 

  Dit wetsvoorstel wijzigt het Wetboek van Strafrecht (ook voor BES) en enkele andere wetten in verband met de modernisering en verruiming van de strafbaarstelling van mensenhandel. De centrale doelstelling van het wetsvoorstel is het effectiever maken van de strafrechtelijke aanpak van mensenhandel, waardoor de vervolging van daders en de bescherming van slachtoffers wordt verbeterd.

  Met dit voorstel wordt de strafbepaling van mensenhandel vereenvoudigd. De samenhang tussen de verschillende delictsvormen wordt verbeterd om de wet zo meer bij tijd te brengen. Om dit te bereiken worden alle voorwaarden voor strafbaarheid in de wet neergelegd. Ook sluiten de juridische kwalificaties en strafmaxima beter aan op het karakter van de gedragingen waaraan deze zijn verbonden. Zo is er bijvoorbeeld meer duidelijkheid over de verhouding tussen mensenhandel en het daarmee verwante begrip uitbuiting. Hierdoor zal de rechtspraktijk beter met onderhavig wetsvoorstel uit de voeten kunnen. Daarnaast voorziet dit wetsvoorstel in belangrijke verruimingen van de strafrechtelijke aansprakelijkheid. Zo wordt met het misdrijf ernstige benadeling een nieuwe strafbaarstelling geïntroduceerd. Daarmee ontstaan ruimere mogelijkheden om strafrechtelijk op te treden tegen ernstige misstanden in de arbeidssfeer. Zoals bijvoorbeeld een arbeidsmigrant die gedurende lange tijd wordt uitgebuit. Ook wordt de strafbaarstelling die ziet op het trekken van voordeel uit mensenhandel verruimd en verbreed. Profiteurs van mensenhandel of ernstige benadeling van een persoon kunnen hierdoor effectiever worden vervolgd en bestraft.

• - 

  De Kamer heeft op 2 oktober 2025 de nota naar aanleiding van het verslag ontvangen (36.547, C).
• - 

  Op 14 oktober 2025 heeft de commissie besloten om vandaag gelegenheid te bieden tot het leveren van inbreng voor het tweede verslag.

Beslispunt

Welke fracties wensen vandaag inbreng voor nader schriftelijk overleg te leveren?

Toelichting

• - 

  De voormalig staatssecretaris Rechtsbescherming heeft de Kamer bij brief van 12 november 2024 (31.731, T) de eerste editie van de 'Staat van de wetgevingskwaliteit' aangeboden. Deze periodiek terugkerende beschouwing ziet op de kwaliteit van wet- en regelgeving.
• - 

  Op 3 december 2024 heeft de commissie de behandeling van deze brief aangehouden in afwachting van de aangekondigde beleidsbrief 'Wetgevingskwaliteit'.
• - 

  Bij brief van 6 juni 2025 heeft de voormalig staatssecretaris Rechtsbescherming de (aangekondigde) 'Agenda wetgevingskwaliteit' aan de Kamer gezonden (EK 31.731, U).
• - 

  De commissie heeft op 8 juli 2025 inbreng geleverd voor schriftelijk overleg over de brieven EK 31.731, U en T. De uitgaande brief van 17 juli 2025 is op 15 oktober 2025 door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid beantwoord.
• - 

  Op 28 oktober 2025 heeft de commissie besloten om vandaag gelegenheid te bieden tot het leveren van inbreng voor nader schriftelijk overleg.

Beslispunt

Wenst de commissie naar aanleiding van de brief van 29 oktober 2025 (35.925 VI/35.968, AS) met de minister van OCW in nader schriftelijk overleg te treden?

Toelichting

• - 

  Op 21 juni 2022 heeft de voormalig staatssecretaris voor Cultuur en Media de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Nicolaï (PvdD), toegezegd schriftelijk te zullen reageren op de vraag hoe persoonlijke belangen worden gewogen in verhouding tot de openbare toegankelijkheid van archiefstukken van de overheid (T03479).
• - 

  Bij brief van 3 juli 2025 (EK 35.925 VI/35.968, AR) is de minister van OCW ingegaan op de wijze waarop persoonlijke belangen worden gewogen ten opzichte van de openbare toegankelijkheid van archiefstukken. Daarbij komen onder meer aan de orde: de termijn voor openbaarheidsbeperkingen, de belangenafweging bij inzageverzoeken en de toepassing van artikel 15, derde lid, van de Archiefwet 1995. Dit artikellid biedt de mogelijkheid om beperkingen op de openbaarheid op te heffen of buiten toepassing te laten, indien het belang van raadpleging zwaarder weegt dan het belang waarvoor de beperking is ingesteld. Met deze brief is uitvoering gegeven aan de toezegging van de staatssecretaris aan het lid Nicolaï (PvdD) (T03479).
• - 

  De commissie heeft op 9 september 2025 besloten de toezegging T03479 als voldaan aan te merken en op 23 september 2025 inbreng geleverd voor schriftelijk overleg naar aanleiding van de brief van 3 juli 2025 (EK 35.925 VI/35.968, AR).
• - 

  De uitgaande brief van 1 oktober 2025 is op 29 oktober 2025 door de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap beantwoord. Het verslag van het schriftelijk overleg (35.925 VI/35.968, AS) is vandaag ter bespreking geagendeerd.

NB. Het wetsvoorstel Intrekking van de Archiefwet 1995 en vervanging door een nieuwe Archiefwet (Archiefwet 20..) 35.968 is momenteel in behandeling bij de commissie OCW.

Beslispunt

Wenst de commissie naar aanleiding van de brief van 3 november 2025 (32.735, U) met de minister van BZ in nader schriftelijk overleg te treden?

Toelichting

• - 

  Bij brief van 23 mei 2025 heeft de minister van Buitenlandse zaken, mede namens de minister van Justitie en Veiligheid en de staatssecretaris Rechtsbescherming, de 'Rapportage 2024 - Internationale Mensenrechtenprocedures' aan de Kamer aangeboden. Deze rapportage bevat, zoals gebruikelijk, samenvattingen van uitspraken en beslissingen van internationale mensenrechtenorganen in zaken van het Koninkrijk, een overzicht van de stand van zaken betreffende de tenuitvoerlegging door het Koninkrijk van uitspraken, alsmede cijfermateriaal over zaken van het Koninkrijk bij de genoemde organen en overige relevante informatie.
• - 

  Op verzoek van het lid Veldhoen (GroenLinks-PvdA) heeft de commissie op 27 mei 2025 besloten deze brief te agenderen.
• - 

  De commissie heeft op 9 september 2025 inbreng geleverd voor schriftelijk overleg naar aanleiding van de brief van 23 mei 2025 (EK 32.735, T).
• - 

  De uitgaande brief van 17 september 2025 is op 3 november 2025 door de minister van Buitenlandse Zaken beantwoord. Het verslag van het schriftelijk overleg (32.735, U) is vandaag ter bespreking geagendeerd.

Beslispunten

• - 

  Wenst de commissie naar aanleiding van de brief van 4 november 2025 met de staatssecretaris van J&V in schriftelijk overleg te treden?
• - 

  Kan de commissie ermee instemmen om de status van toezegging T02760 als 'voldaan' aan te merken?

Toelichting

Op 14 mei 2019 heeft toenmalig minister voor Rechtsbescherming, naar aanleiding van vragen van de leden Vlietstra (PvdA) en Bikker (ChristenUnie), toegezegd om vijf jaar na inwerkingtreding van de Wet herziening partneralimentatie een tussentijdse evaluatie uit te voeren. In deze evaluatie zou worden ingegaan op de economische zelfstandigheid, de financiële consequenties, de positie van alimentatiegerechtigden met de zorg voor jonge kinderen, het gebruik van de hardheidsclausule en de grensgevallen in de uitzonderingsbepaling (T02760).

Bij brief van 4 november 2025 aan de Tweede Kamer (met afschrift aan de Eerste Kamer) biedt de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid het onderzoeksrapport 'Evaluatie Wet herziening partneralimentatie. Tussenevaluatie: evaluatiekader, nul- en tussenmeting' aan de Kamer aan. Dit onderzoek is in opdracht van het Wetenschappelijk Onderzoek- en Datacentrum (WODC) uitgevoerd door Regioplan in samenwerking met dr. mr. Naomi Spalter.

In het rapport zijn de in de toezegging genoemde punten integraal onderzocht. De staatssecretaris acht het onderzoek een goede basis voor de eindevaluatie die conform de wet uiterlijk in 2027 zal plaatsvinden. De aanbeveling van de onderzoekers om deze eindevaluatie in 2028 uit te voeren, neemt hij niet over.

Ambtelijk advies: de staatssecretaris heeft met het aanbieden van het rapport de in 2019 gedane toezegging tot uitvoering van een tussentijdse evaluatie nagekomen. Alle in de toezegging genoemde onderzoeksthema’s zijn behandeld, waarmee de toezegging als voldaan kan worden aangemerkt.

Beslispunt

Wenst de commissie naar aanleiding van het GREVIO rapport van 21 oktober 2025 in schriftelijk overleg te treden met de minister van J&V of neemt zij hier kennis van?

Toelichting

• - 

  Op 4 november 2025 heeft het lid Van Wijk (BBB) tijdens de vergadering van de commissie SZW verzocht het rapport van GREVIO 'Group of Experts on Action against Violence against Women and Domestic Violence', dat op 21 oktober 2025 is gepubliceerd onder de titel 'Building trust by delivering support, protection and justice Netherlands First thematic evaluation report', te agenderen.
• - 

  Omdat het GREVIO-rapport betrekking heeft op een onderwerp dat valt onder de portefeuille van het ministerie van Justitie en Veiligheid, heeft de griffie, in overleg met het lid Van Wijk, dit rapport geagendeerd bij de commissie J&V.

Tweede Kamer

Het GREVIO-rapport is niet aan de Tweede Kamer aangeboden en is ook niet afkomstig van de regering. Het betreft een publicatie van een onafhankelijke Groep van deskundigen die toezicht houdt op de naleving van het Verdrag van de Raad van Europa inzake het voorkomen en bestrijden van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld (Verdrag van Istanbul). Wel heeft het lid Becker (VVD) op 24 oktober 2025 schriftelijke vragen over dit rapport gesteld aan de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport. Deze vragen zijn vooralsnog niet beantwoord.

Verder wordt met betrekking tot het onderwerp femicide en de aandacht hiervoor in de Tweede Kamer ter informatie gewezen op:

• - 

  Een Notaoverleg in de commissie J&V op 22 september 2025 over de Initiatiefnota van het lid Mutluer over femicide – erkenning en aanpak van gendergerelateerd dodelijk geweld (TK 36.658, 19);
• - 

  Een brief van de staatssecretarissen van J&V en VWS, de minister van J&V en de staatssecretaris van OCW aan de voorzitter van de Tweede Kamer van 19 september 2025 over lopende maatregelen rond het voorkomen en bestrijden van geweld tegen vrouwen (TK 34.843, 127);
• - 

  Een brief van de staatssecretarissen van VWS, van J&V en van OCW van 10 juli 2025 aan de voorzitter van de Tweede Kamer over de aanpak van huiselijk geweld, meer in het bijzonder over de voortgang van de prioriteiten uit het plan van aanpak ‘Stop femicide!' (TK 28.345, 285). Deze is betrokken geweest bij het Commissiedebat (VWS) Maatschappelijk Domein (inclusief Huiselijk geweld, kindermishandeling en geweld in afhankelijkheidsrelaties) d.d. 11 september 2025 en daarna afgevoerd van de stand der werkzaamheden.

Beslispunt

Hoe wenst de commissie het voorstel voor een Verordening tot vaststelling van regels ter voorkoming en bestrijding van seksueel misbruik van kinderen (CSAM-Verordening E220021) verder te behandelen?

Toelichting

• - 

  De Europese Commissie heeft op 11 mei 2022 een voorstel gepubliceerd om online seksueel misbruik van kinderen te voorkomen en te bestrijden. Het BNC-fiche is op 17 juni 2022 door de regering aan de Kamer aangeboden. Aanvankelijk besloot de commissie dit onderwerp aan te houden tot na de technische briefing in de Tweede Kamer van 4 oktober 2022.
• - 

  De fracties van GroenLinks en PvdA hebben, mede namens de SP-fractie, gezamenlijk inbreng geleverd voor schriftelijk overleg met de regering. De toenmalige minister van Justitie en Veiligheid heeft op 16 december 2022 gereageerd. Tevens stelden deze fracties vragen aan de Europese Commissie. Op deze brief van 15 november 2022 heeft de Europese Commissie op 2 maart 2023 geantwoord. Vervolgens werd besloten tot nader overleg.
• - 

  Op 12 mei 2023 is een brief gestuurd aan de minister van Justitie en Veiligheid; de toenmalige minister heeft op 15 juni 2023 gereageerd. Eveneens op 12 mei 2023 is, in het kader van de politieke dialoog, een brief met nadere vragen verstuurd aan de Europese Commissie. De antwoorden van de Commissie zijn ontvangen op 25 juli 2023.
• - 

  De commissie heeft op 12 september 2023 besloten de brief van de toenmalige minister van Justitie en Veiligheid van 15 juni 2023 en de antwoorden van de Europese Commissie van 25 juli 2023 voor kennisgeving aan te nemen.
• - 

  Op de agenda van de commissievergadering van 28 oktober 2025, onder het agendapunt 'Mededelingen en informatie', stond de mededeling dat het voorstel voor een Verordening tot vaststelling van regels ter voorkoming en bestrijding van seksueel misbruik van kinderen (CSAM-Verordening, E220021) niet langer op de agenda van de JBZ-Raad stond. Naar aanleiding hiervan besloot de commissie, op verzoek van het lid Schalk (SGP), het voorstel te agenderen voor deze commissievergadering.

Achtergrond

• - 

  Tijdens de JBZ-Raad van 13 en 14 oktober 2025 in Luxemburg stond het voorstel tot vaststelling van regels ter voorkoming en bestrijding van seksueel misbruik van kinderen aanvankelijk geagendeerd, met als doel het bereiken van een gedeeltelijke algemene oriëntatie. De Kamer is hierover geïnformeerd via de geannoteerde agenda (EK 32.317, PR). Wegens een gebrek aan steun is dit agendapunt tussentijds van de agenda gehaald. Het is op dit moment onduidelijk wanneer het voorstel opnieuw zal worden geagendeerd in de JBZ-Raad. De volledige behandeling van dit voorstel is te raadplegen in E-dossier E220021.
• - 

  Het verslag van de formele JBZ-Raad die op 13 en 14 oktober 2025 in Luxemburg heeft plaatsgevonden, wordt op 18 november 2025 geagendeerd voor een gecombineerde vergadering van de commissies I&A/JBZ en J&V.

Limité document

• - 

  Op 5 november 2025 vond in Coreper een debat plaats over het voorstel voor een Verordening tot vaststelling van regels ter voorkoming en bestrijding van seksueel misbruik van kinderen (CSAM-Verordening, E220021). Ter voorbereiding hierop heeft het voorzitterschap een besloten notitie opgesteld. Deze notitie is voor leden van het Nederlandse parlement te raadplegen via de delegates portal. Ook is dit zogenoemde Limité document besloten bijgevoegd aan dit agendapunt. De documenten (of gedeelten daarvan) mogen niet worden gedeeld met derden, noch mag daaruit worden geciteerd in een eventuele openbare gedachtewisseling met de regering.

A - Landenrapport Nederland van het rechtsstaatsrapport van de Europese Commissie 2025

De commissies EUZA en J&V hebben op 23 september 2025 besloten het zesde EU-rechtsstaatrapport (Rechtsstaatrapport 2025) van de Europese Commissie in behandeling te nemen en op 28 oktober 2025 inbreng te leveren voor schriftelijk overleg. Daarnaast is besloten "eventuele behandeling van het landenrapport over Nederland aan de commissie J&V over te laten ." Ter informatie: In 2024 heeft de commissie J&V schriftelijk overleg gevoerd met de minister van Buitenlandse Zaken over het Nederlandse landenhoofdstuk 2024 (35.295, AZ).

B - Deskundigenbijeenkomst Wet transparantie en tegengaan ondermijning door maatschappelijke organisaties (35646) - 25 november 2025 van 20:00 – 21:30 uur.

Op 28 oktober 2025 besloot de commissie met betrekking tot de ‘Wet transparantie en tegengaan ondermijning door maatschappelijke organisaties (35646)’ op voorstel van het lid Veldhoen op korte termijn een deskundigenbijeenkomst te organiseren over de gevolgen van de in de Tweede Kamer aangenomen amendementen bij dit wetsvoorstel, in het bijzonder met betrekking tot de staatsrechtelijke en rechtsstatelijke consequenties daarvan. Deze bijeenkomst is gepland op dinsdag 25 november 2025 van 20:00 – 21:30 uur.

Hieronder is een overzicht van de openstaande correspondentie weergegeven. Een overzicht van wetsvoorstellen die bij de commissie voor Justitie en Veiligheid (J&V) in (schriftelijke) behandeling zijn, is hier te raadplegen.