Dinsdag 11 november 2025, commissies Buitenlandse Zaken, Defensie en Ontwikkelingshulp en Economische Zaken/ Klimaat en Groene Groei

Beslispunt

• - 

  Wensen de commissies de (openbare) brief van 30 oktober 2025 voor kennisgeving aan te nemen of wensen zij naar aanleiding van deze brief met de minister van Defensie in schriftelijk overleg te treden?
• - 

  Achten de commissies de vertrouwelijkheid van de op 30 oktober 2025 ontvangen stukken voldoende gemotiveerd?

Toelichting

• - 

  De brief van de minister en staatssecretaris van Defensie (32637, Z) bevat vertrouwelijke informatie over de stand van zaken omtrent het steunverzoek aangaande de bedrijfscasus waarover u op 2 juli en 7 oktober jl. eerder geïnformeerd bent.
• - 

  De minister van Economische zaken deed in zijn brief van 2 juli 2025 (36.600 XIII / 32.637, G) een beroep op artikel 2.27 lid 2 Cw inzake een budgetmutatie die betrekking heeft op bedrijfssteun in de vorm van een overbruggingskrediet.
• - 

  Zowel de Eerste als de Tweede Kamer heeft zich kort voor het zomerreces daarover voldoende geïnformeerd uitgesproken.
• - 

  De commissie EZ/KGG besloot op 7 oktober 2025 om blanco verslag uit te brengen en het wetsvoorstel Tweede incidentele suppletoire begroting Economische Zaken 2025 inzake bedrijfssteun (36786) af te doen als hamerstuk. De commissie BDO heeft het wetsvoorstel incidentele suppletoire begroting Defensiematerieelbegrotingsfonds 2025 inzake bedrijfssteun (36787) niet van de termijnbrief gehaald, waarna het wetsvoorstel op 28 oktober jl. als hamerstuk is aangenomen.

Procedure beoordeling vertrouwelijkheid

Op grond van de Regeling vertrouwelijke stukken, artikel 5, eerste lid, dient de brief waarmee een vertrouwelijk stuk is aangeboden, voor behandeling in een commissievergadering van de behandelde commissie geagendeerd te worden. De motivering van de vertrouwelijkheid van het stuk en de voorwaarden van inzage kunnen in deze vergadering worden besproken.