Plenair Visseren-Hamakers bij voortzetting behandeling Wet collectieve warmte



Verslag van de vergadering van 2 december 2025 (2025/2026 nr. 10)

Status: ongecorrigeerd

Aanvang: 19.45 uur

Een verslag met de status "ongecorrigeerd" is niet voor citaten en er kan geen recht aan ontleend worden.


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Visseren-Hamakers i (Fractie-Visseren-Hamakers):

Dank, voorzitter. Ook namens mij dank aan de minister voor de uitgebreide beantwoording. Ook dank voor de bereidheid om toezeggingen te doen over de transparantie over warmtebronnen richting consumenten en om een overzicht te geven van de rol van dierlijke producten in de energietransitie, inclusief de warmtetransitie. Ik kijk uit naar de specifieke formulering van die twee toezeggingen in de tweede termijn van de minister.

Ik moet eerlijk zeggen dat ik diep ben geraakt door het feit dat de Wet collectieve warmte dierlijke producten tot in de lengte van dagen als duurzame warmtebron ziet. Ik heb ooit als wetenschapper een artikel geschreven waarin ik pleit voor een achttiende duurzameontwikkelingsdoel, op het gebied van dierenwelzijn. Dit debat laat zien hoe nodig het is om dierenwelzijn — sorry, ik word er echt emotioneel van — te integreren in duurzaamheidsbeleid. Dit is echt om te janken.

Ik heb vier moties voorbereid, in afnemende mate van … Zo, ik ben echt even van slag. We gaan gewoon dieren verbranden voor warmte in huishoudens. Weet je, we zijn echt van … We zijn echt van God los. Excuus voor die bewoording.

Ik heb vier moties voorbereid, in afnemende mate van verstrekkendheid. De eerste motie.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de Wet collectieve warmte dierlijke producten niet uitsluit als warmtebron;

verzoekt de regering zo snel mogelijk en uiterlijk in 2030 dierlijke producten uit te faseren als warmtebron,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Visseren-Hamakers.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. Daarmee maakt zij deel uit van de beraadslaging.

Zij krijgt letter N (36576).

Mevrouw Visseren-Hamakers (Fractie-Visseren-Hamakers):

De tweede motie gaat over onderzoek naar dierlijke producten.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat een deel van de warmte in warmtenetten afkomstig is van niet-duurzame processen of grondstoffen;

verzoekt de regering de mogelijkheden te onderzoeken om zo snel mogelijk niet-duurzame warmtebronnen, inclusief dierlijke producten, uit te faseren, en de Eerste Kamer hierover in 2026 te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Visseren-Hamakers.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. Daarmee maakt zij deel uit van de beraadslaging.

Zij krijgt letter O (36576).

Mevrouw Visseren-Hamakers (Fractie-Visseren-Hamakers):

Uiteraard zal ik wellicht moties aanhouden of terugtrekken, afhankelijk van de toezeggingen van de minister.

Dan een derde motie, ook over onderzoek. Deze is wat langer.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat duurzaamheidsnormen van het wetsvoorstel Wet collectieve warmte de eisen uit de Klimaatwet verankeren voor warmtenetten;

constaterende dat de duurzaamheidsnormen van het wetsvoorstel Wet collectieve warmte leiden tot uitfasering van niet-duurzame warmtebronnen, en daarmee een hogere inzet van hernieuwbare bronnen;

constaterende dat het ontwikkelingsperspectief duurzame warmtebronnen van het kabinet stelt dat het theoretisch potentieel aan warmte voldoende is om in 2050 vrijwel broeikasvrije warmte te produceren;

overwegende dat er in de praktijk nog veel onduidelijkheden en onzekerheden leven over hoe verduurzaming lokaal vorm te geven;

overwegende dat de geschiktheid en inpasbaarheid van warmtebronnen zeer lokaal gebonden is;

overwegende dat knelpunten in een zo vroeg mogelijk stadium geïdentificeerd moeten worden;

verzoekt de regering om onderzoek te doen naar of de theoretische potentie om te voldoen aan de collectieve warmtevraag in 2050 haalbaar is in de praktijk, en knelpunten te identificeren met mogelijke oplossingsrichtingen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Visseren-Hamakers en Van Aelst-den Uijl.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. Daarmee maakt zij deel uit van de beraadslaging.

Zij krijgt letter P (36576).

Mevrouw Visseren-Hamakers (Fractie-Visseren-Hamakers):

De vierde en de laatste motie gaat over informatie naar consumenten toe. Die ga ik misschien ook aanhouden of intrekken.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat een deel van de warmte in warmtenetten afkomstig is van niet-duurzame processen of grondstoffen;

overwegende dat de Wet collectieve warmte dierlijke producten niet uitsluit als warmtebron;

overwegende dat consumenten op basis van duidelijke informatie beter in staat zijn duurzame keuzes te maken;

verzoekt de regering te bewerkstelligen dat consumenten worden geïnformeerd over de herkomst van de warmte in het warmtenet waar zij op aangesloten worden of zijn,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Visseren-Hamakers en Van Aelst-den Uijl.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. Daarmee maakt zij deel uit van de beraadslaging.

Zij krijgt letter Q (36576).

Mevrouw Visseren-Hamakers (Fractie-Visseren-Hamakers):

Dank, voorzitter.

De voorzitter:

Dan geef ik nu graag het woord aan de heer Dessing van Forum voor Democratie.